Olaff Smit

Opgeleid als arbeidsdeskundige en adviseur duurzame inzetbaarheid ondersteunt Olaff werkgevers bij het besparen op verzuimkosten en het vergroten van de inzetbaarheid van medewerkers. Wil je hier meer over weten? Neem contact met hem op.

Werkgever Verzuim
7 december 2022

Wat betekent vereenvoudigde WIA-beoordeling 60-plussers voor u?

UWV is sinds 1 oktober 2022 begonnen met de vereenvoudigde WIA-beoordeling voor 60-plussers. Misschien heeft u hier al iets over gehoord, want dit maakt veel los en kan bij werkgevers en werknemers vragen oproepen. Om u snel duidelijkheid te geven, hebben wij de antwoorden op de meest gestelde vragen op een rij gezet.

Wat is de vereenvoudigde WIA-beoordeling voor 60-plussers?

Door de vereenvoudigde claimbeoordeling worden 60-plussers sinds 1 oktober in de meeste gevallen niet langer beoordeeld door een verzekeringsarts om te bepalen of ze in aanmerking komen voor een arbeidsongeschiktheidsuitkering (WIA). De WIA-beoordeling wordt dan overgelaten aan de arbeidsdeskundige (niet-medisch onderlegd). Werkgever en werknemer moeten hiermee wel instemmen anders wordt het reguliere proces gevolgd.

Dit is één van de maatregelen die minister Van Gennip (SZW) heeft aangekondigd om iets te doen aan de achterstanden bij de sociaal-medische beoordelingen waar UWV mee kampt. Hierdoor worden WIA-aanvragen nu zoveel mogelijk behandeld op basis van schriftelijke informatie, zoals het re-integratieverslag (RIV). Is deze informatie niet voldoende dan neemt UWV contact op met de aanvrager. Zie ook de website van UWV over de vereenvoudigde behandeling van de WIA-aanvraag voor 60-plussers.

Voor wie geldt deze maatregel?

Voor alle werknemers die op of na 1 oktober 2022 en vóór 1 januari 2024 einde wachttijd (EWT) bereiken en op dat moment 60 jaar of ouder zijn. UWV maakt geen onderscheid tussen cliënten met werkgevers, ex-werkgevers die eigenrisicodrager zijn, cliënten zonder werkgever (zogeheten ‘vangnetters’), vrijwillig verzekerden en laatst Nederlands verzekerden (werkzaam in en uitgevallen in Nederland) die tijdens de ziekteperiode van 104 weken naar het buitenland zijn verhuisd.

Welke datum telt: oorspronkelijke EWT datum of ingang recht?

De EWT-datum telt als die valt op of na 1 oktober 2022 en voor 1 januari 2024 en als een werknemer op die datum 60 jaar of ouder is. UWV bepaalt de doelgroep met objectief bepaalde criteria. Een verlenging van het tijdvak waarover de werkgever loon doorbetaalt wegens ziekte (zowel vrijwillig als verplicht door loonsanctie) is bijvoorbeeld subjectief. De datum is dan afhankelijk van acties van de werkgever of werknemer. Dit betekent dat als iemand op zijn (oorspronkelijke) EWT-datum nog geen 60 is, maar dit wel wordt ergens gedurende de looptijd, de werknemer niet binnen de doelgroep valt.

Blijft de toetsing van het re-integratieverslag (RIV) wel gelden?

Jazeker! De verwachting is ook dat UWV strikter gaat toezien op de naleving van alle inspanningen. Werkgevers moeten hun dossier daarom goed op orde hebben. De RIV-toets van UWV blijft ongewijzigd voor de 60-plusgroep. Er kan dus wel een loonsanctie worden opgelegd als er onvoldoende naar ander werk is gezocht, conform de verplichtingen van de Wet Verbetering Poortwachter (WVP). Omdat uit de praktijk blijkt dat werkhervatting vaak achterwege blijft en kansen gering zijn bij deze doelgroep vindt UWV het belangrijk dat de werkgever alles gedaan heeft aan re-integratie. Als een werknemer of werkgever niet akkoord gaan met dit toetsingsoordeel vindt alsnog de reguliere volledige beoordeling plaats en volgt een oproep bij de verzekeringsarts.

Hoe wordt omgegaan met mensen die in de doelgroep vallen en al een aanvraag hebben gedaan?

Alle aanvragen van mensen die binnen de doelgroep vallen en die de afgelopen periode zijn gedaan, zijn door UWV aangehouden tot de maatregel van start ging. Ook als mensen al een beoordeling hebben gekregen en in de doelgroep vallen, worden zij opnieuw volgens de 60-plusmaatregel beoordeeld.

Wat gebeurt er als iemand uit de doelgroep vraagt om herbeoordeling?

Bij deze (vraag gestuurde) herbeoordeling volgt het reguliere proces. Dit betekent dat er een volledige sociaal-medische beoordeling wordt gedaan. Die kan leiden tot: een verhoging (IVA), een bestendiging van de huidige indeling (WGA 80-100) of een verlaging (35-80 of <35). Een herbeoordeling wordt vanuit UWV enkel geïnitieerd als na overleg (tussen arbeidsdeskundige en verzekeringsarts) verwacht wordt dat iemand mogelijk in aanmerking komt voor een IVA. Als per einde wachttijd (EWT) al sprake was van IVA, maar dit niet is toegekend wegens de vereenvoudigde afhandeling van de aanvraag, wordt IVA met terugwerkende kracht (maximaal 52 weken) toegekend.

Als de verzekeringsarts de duurzaamheid moet toetsen en het niet eens is met de GBM-beoordeling (geen benutbare mogelijkheden, dus niet belastbaar voor werk) van de bedrijfsarts, dan valt een werknemer onder de werkwijze voor de vereenvoudiging claimbeoordeling 60-plussers. Bij marginale mogelijkheden is het dan nog wel mogelijk dat de verzekeringsarts de duurzaamheid toetst.

Wanneer vindt de maatregel toch op de reguliere wijze plaats?

De toetsing van het re-integratieverslag (RIV) gebeurt op de gebruikelijke wijze. Als op het actueel oordeel (van de bedrijfsarts/arbodienst) staat dat sprake is van Geen Benutbare Mogelijkheden (GMB), dan wordt het RIV wel volgens het reguliere proces voorgelegd aan de verzekeringsarts voor toetsing IVA. Ook als de arbeidsdeskundige constateert dat sprake is van ‘marginale mogelijkheden’ vindt afstemming plaats met de verzekeringsarts. Als die dit bevestigt, krijgt de verzekeringsarts wel een rol in de vereenvoudigde afhandeling van de WIA-aanvraag. Namelijk om de duurzaamheid te toetsen en om – samen met de arbeidsdeskundige – vast te stellen of er mogelijkheden zijn tot arbeidsparticipatie. Als de beperkingen duurzaam zijn en er geen mogelijkheden zijn, kan een IVA worden toegekend. Is dat niet aan de orde, dan volgt een administratieve toekenning (WGA 80-100) volgens de 60-plusmaatregel.

In alle andere gevallen gaat het RIV voor beoordeling naar de arbeidsdeskundige. Bij een akkoord op het RIV zijn er nog drie mogelijkheden:

  1. Bij verdiensten hoger dan 65% van het ‘maatmanloon’ voor arbeidsongeschiktheid, wordt op basis van een praktische schatting de WIA-aanvraag afgewezen.
  2. Bij verdiensten lager dan 65% valt een werknemer onder de maatregel en ontvangt een uitkering (WGA 80-100). Eventuele verdiensten worden in mindering gebracht op de uitkering.
  3. Automatisch wordt 80-100% toegekend aan de werknemer. Zonder nadelige gevolgen voor de werkgever. De instroom wordt namelijk niet doorbelast aan de werkgever en dus er is geen schadelast voor werkgever.

Wat betekent dit voor de premie die de werkgever betaalt?

Deze maatregel wordt gefinancierd vanuit het Aof (Arbeidsongeschiktheidsfonds) en komt dus niet ten laste van de werkgever. Een ex-werkgever die eigenrisicodrager is, blijft wel verantwoordelijk voor de re-integratie.

Meer weten over de werkgeversrol bij WIA?

Als u meer wilt weten over de rol van de werkgever bij de WIA-aanvraag lees dan dit blog hierover: 'De rol van de werkgever bij de WIA-aanvraag'.

1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
© 2023 Enroute B.V.
Website door VNK media en Daan Schaart