Deel 3 - Wat is een loonaanvullingsuitkering (LAU)?
In deze serie blogs over de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) leg ik de basis van de WIA uit en sta ik stil bij de verschillende WIA-uitkeringen. Vandaag ga ik in op de loonaanvullingsuitkering (LAU).
De loonaanvullingsuitkering (LAU)
WGA staat voor Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten. U krijgt een WGA uitkering als u nu of in de toekomst nog kunt werken. Meestal krijgt u eerst een loongerelateerde uitkering (LGU). Daarna krijgt u een loonaanvullingsuitkering (LAU) óf een vervolguitkering (VVU). In dit blog ga ik in op de loonaanvullingsuitkering.
Werken loont
Voor een loonaanvullingsuitkering (LAU) is het belangrijk dat u werkt. Verdient u geen loon, dan ontvangt u de veel lagere vervolguitkering (VVU).
- Verdient u na afloop van de ‘loongerelateerde’ uitkering (LGU) minimaal de helft van wat u nog kan verdienen? Dan krijgt u een loonaanvulling. De WGA vult het loon aan met 70% van het verschil tussen het oude loon (met een maximum) en de resterende verdiencapaciteit. Het UWV heeft aan de hand van de WIA-keuring vastgesteld hoeveel u kunt verdienen. Dit wordt uw resterende verdiencapaciteit genoemd.
- Verdient u minder dan de helft van wat u volgens het UWV kunt verdienen? Dan krijgt u de veel lagere vervolguitkering (VVU). Uw totale inkomen daalt dan sterk.
Het loont dus om te werken.
Hoe hoog is de loonaanvullingsuitkering (LAU)?
-
Bij ≥ 50% van de restverdiencapaciteit → LAU
Verdient u na afloop van de ‘loongerelateerde’ uitkering (LGU) minimaal de helft van wat u volgens het UWV nog kunt verdienen?
Dan krijgt u een loonaanvullingsuitkering (LAU). De WGA vult uw inkomen aan met 70% van het verschil tussen uw oude loon (maatmanloon) en uw resterende verdiencapaciteit. Dit is een vast aanvullingsbedrag. U ontvangt dit bedrag naast het loon dat u verdient. Het UWV heeft aan de hand van de WIA-keuring vastgesteld hoeveel u nog kunt verdienen; dit heet uw resterende verdiencapaciteit. -
Bij < 50% van de restverdiencapaciteit → VVU
Verdient u minder dan de helft van wat u volgens het UWV kunt verdienen? Dan vervalt het recht op de loonaanvullingsuitkering en krijgt u de veel lagere vervolguitkering (VVU). Uw totale inkomen daalt dan aanzienlijk.
Rekenvoorbeeld:
Frans had een loon van € 2.000,- en wordt 50% arbeids(on)geschikt. De restverdiencapaciteit is dus € 1.000,-. Na afloop van de loongerelateerde uitkeringsperiode verdient Frans € 600,- (dus meer dan € 500, de helft van zijn restverdiencapaciteit). Daarom heeft hij recht op een WGA-loonaanvulling. Die bedraagt 70% van (€ 2.000,- minus € 1.000,-) = € 700,-. Dit bedrag ontvangt hij naast zijn loon.
Hoe lang duurt de loonaanvullingsuitkering (LAU)?
Het recht op de loonaanvullende uitkering duurt in principe totdat u de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt. Indien u echter onvoldoende inkomen ontvangt (niet meer dan 50% van de restverdiencapaciteit), dan stopt de loonaanvullingsuitkering (LAU) en ontvangt u een vervolguitkering (VVU).
Terug








